|
Omslag voor- en achterkant The Lava-Edge |
|
Fragment uit: The Lava-Edge |
De Nederlandse kunstenares
Marlene Dumas is opgegroeid in het Zuid-Afrika met apartheid en heeft met het begrip tegenstelling geleefd. Blanken tegenover zwarten, cultuurverschillen, confrontatie van de geslachten, zodat het probleem van het samen leven in verscheidenheid sterk op haar werk weegt. In de jaren 1976 tot 1983 werkte ze meestal op papier, maakte collages, werken die met lijm, spelden en plakband aan elkaar werden gehouden. Haar werk was licht, vindingrijk, humoristisch, altijd onderzoekend, probleemgestuurd, inhoudelijk relevant en zelfbewust. In 1982 was haar grote doorbraak. Haar expressionistische en conceptuele werk, waarin de individuele ervaring model staat voor het collectieve, handelt over de relatie tussen kunst en werkelijkheid, over communicatie door middel van taal en beeld, over betekenis en betekenisgeving. De mens en zijn emoties, hartstocht, angst, liefde, erotiek en dood vormen de thematiek. Zelfspot en humor zijn opvallende kenmerken van Dumas, opvallend in een wereld die zichzelf vaak heel serieus neemt. Een wereld die ook van een blanke Zuid-Afrikaanse een bloedserieuze houding had verwacht, werd op het verkeerde been gezet. Haar zin voor humor komt vaak tot uiting in de mengeling van beeld en tekst (soms in vorm van statements) in haar werk. De kleine poëtische en humoristische teksten die zij aan haar schilderijen als titels toevoegt, zijn soms in het Engels, soms in een mengeling van Afrikaans en Nederlands (bron: Kunst van nu 1995 en Cultuur en migratie in Nederland 2004).
|
Fragmenten uit: The Lava-Edge |
In het kunstenaarsboek
The Lava-Edge (Amsterdam 1983 oplage 250), die Dumas ter gelegenheid van de uitwisselingstentoonstelling "Reykjavik-Amsterdam, ter weerszijden van de Meridiaan" in museum Fodor Amsterdam heeft gemaakt, staan liefdesgedichten en kleine objecten van haar in. De objecten bestaan uit door haar gerangschikte stukjes hout, touw, schelpen en steen. De objecten lijken zo van het strand te komen. Ook zijn er een foto's opgenomen van een levende en een dode vulkaan. Bij de foto's staan teksten in het Engels, Zuid-Afrikaans en Nederlands. Er is ook een gedicht van Hamlet opgenomen en een tekst uit "A tribute" van Tennesse Williams. Een statement van Dumas luidt: "I situate art not in reality but in relation to desire". Er is ook een tekst van Alain Resnais vermeld: "Colonist of the world, we want everything to talk to us, animals, the dead, statues...". Op een andere pagina staat genoteerd: "given these conditions" - instructions given in August 1958 at the training centre for subversive warfare at the Jeanne d'Arc camp (Algeria). Een aantal instructies zijn: "Torture must be kept clean" en "It must not be carried out in front of young soldiers". Het boekje eindigt met: "The moral of this story is that it's almost impossible to distinguish between an extinct volcano and a dormant one". Daarna volgt een schijnbaar willekeurig rijtje Nederlandse woorden met een vertaling in het Zuid-Afrikaans.
In haar kunstenaarsboekje
Marlene Dumas Strips (catalogus Stichting één op één/Museum Fatigue, Amsterdam 1987) geeft zij een ironisch antwoord op al de vragen van interviewers over haar Zuid-Afrikaanse herkomst. In een tekening die met grote losse halen is gemaakt, Say something about South Africa, pruilt de strip girl slechts haar lippen wanneer haar een microfoon (of is het een penis?) wordt voorgehouden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten