Posts tonen met het label Kunstcentrum Badhuis. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Kunstcentrum Badhuis. Alle posts tonen

To-taal-kunst van Pier van Dijk/Robert Joseph




Pier van Dijk (fragmenten uit:
Zonwering 1971)
Kenmerkend voor de concrete poëzie is dat de gedichten tot stand komen met behulp van letters (woorden/zinnen) en de tipografische ruimte eromheen. Visuele poëzie daarentegen is een combinatie van tipografie en grafiek: taalelementen worden aangevuld met 'buitenlinguistische' elementen zoals foto, tekening, object en handeling. Deze verschuiving in materiaal waarmee de dichter werkte vond in Nederland - vanaf 1968 door Hans Clavin - vroeger plaats dan in veel andere landen.
Pier van Dijk en Robert Joseph
(fragment uit: Handlungen 1979)
Na 1975 begonnen de activiteiten van de meeste visuele dichters te verminderen. Een uitzondering hierop waren de kunstenaar Robert Joseph en dichter/kunstenaar Pier van Dijk die, voorzichtiger in hun poëtische ontwikkeling, tot begin jaren tachtig even actief zijn. Bij hen evolueerde de dichtkunst tot een 'totaalpoëzie', een samenstelling van auditieve en visuele poëzie.

Van Dijk schrijft gedichten sinds 1961, maakt o.a. schilderijen sinds 1963, maakt en doet visuele gedichten sinds 1971. Noemt zijn werk 'totaalkunst' sinds 1979. Joseph maakte concrete poëzie sinds 1966 en visuele poëzie sinds 1967. In 1971 verscheen de bundel 'Zie-poe-zie (26 visuele gedichten 1965-1970') uitgegeven door De Tafelronde Antwerpen (oplage 250). Deze bundel bestaat uit 23 concrete gedichten, twee gedichten waarbij het object een rol speelt (eerste publicaties in 1967 en 1969) en een fotografische documentatie van een 'handelingsgedicht'. In 1972 verscheen de publicatie 'De visieve driehoek' over relaties tussen woord, werkelijkheid en beeld in zijn gedichten. Joseph noemde zijn werk sinds 1976 totaalpoëzie: hij wilde de to-taal-iteit van het leven verdichten.



Pier van Dijk/Robert Joseph (fragmenten uit: zoeken naar het middelpunt)
Van Dijk en Joseph werkten sinds 1969 samen. Ze ontplooiden sinds 1971 o.a. de PQR-reeks (poëzieënzo) en een gemeenschappelijke serie publicaties (uit: België/Nederland. Knooppunten en parallellen in de kunst na 1945). Handelingen, symbolen en rituelen spelen in hun werk een grote rol. In bijvoorbeeld de serie 'ontmoetingen' (vanaf 1979) voeren zij gezamenlijk 'handelingen' uit, die een relatie tussen hun beiden tot uitdrukking brengt. Zij gebruiken een minimum aan middelen en gaan uit van de taal, noemen hun werk ook to-taal-kunst. In Kunstcentrum Badhuis (1980) bijvoorbeeld hebben zij een dag lang handelingen uitgevoerd, zowel buiten als binnen, waarvan de tentoonstelling en het kunstenaarsboekje 'zoeken naar het middelpunt' een neerslag zijn. 

Vanaf begin jaren tachtig hebben ze zich ook beziggehouden met stamp-art en mail-art.

Enkele uitgaven:
- Zonwering (Pier van Dijk) (PQR Delden/Duiven 1971 oplage 200 gesigneerd)
- Gedicht met twee stoelen (PQR Hengelo 1979)
- Handlungen (PQR Hengelo 1979)
- Zoeken naar het middelpunt (Kunstcentrum Badhuis Kunstinformatie 25 Gorinchem 1980)
- Handshakes V (PQR Hengelo 1981)
- 'a white sheet of paper', internationaal mail-art project van Pier van Dijk (Librije Hedendaagse Kunst Zwolle 1982)

Pier van Dijk
(fragment uit: Woord, Beeld, Werkelijkheid AA.VV. t Hoogt 1974

Pier van Dijk
(fragment uit: Woord, Beeld, Werkelijkheid AA.VV. t Hoogt 1974

Robert Joseph Zand 1970-1971
(fragment uit: Woord, Beeld Werkelijkheid AA.VV. t Hoogt 1974

Robert Joseph (fragment uit: Taalbeeld - Beeldtaal
Nederlandse Visuele dichters
Kunsthistorisch Instituut Amsterdam 1975)

Het bomenproject van Sjoerd Buisman

Sjoerd Buisman (fragment uit: Bomenproject Nederland)
De experimenten van de conceptuele kunstenaar Sjoerd Buisman met groeiprocessen, zoals 'Het Bomenproject Nederland (1973-1975)', zijn als eco-art te kwalificeren. Sjoerd Buisman houdt zich bezig met bomen en planten en de manier waarop zij groeien. Hij reisde over de wereld op zoek naar botanische vergroeiingen. Dit veldwerk resulteerde in een immense verzameling tekeningen, foto’s en teksten waaruit geconcludeerd kan worden dat de natuur manipuleerbaar is maar zich altijd volgens haar wetmatigheden zal manifesteren. Waar anderen zich bezighouden met steen, klei, staal en andere materialen, zoekt Buisman naar levende materialen voor zijn groeiwerken. Eén manier van werken is dat hij groeiprocessen, dé plastische gebeurtenissen in de natuur laat zien. Een ander manier van werken is dat hij net als de natuurkrachten dwingt het levende materiaal in een bepaalde richting te duwen, waardoor het uiteindelijk tot kunstwerk uitgroeit. Het binnendringen in de natuur, buiten de gebaande paden om, met de opdracht die natuur als kunst tot leven te wekken, maken hem met zijn groeiwerken nu reeds tot een uniek fenomeen (bron: Galerie Anderwereld Groningen).

Kunstenaarsboeken van Buisman zijn: ALTERNATIEF V.V.V.-project voor Woudrichem (Editie 5 van de Atlas voor de Nieuwe Metropool 1971), Swelling (Temporary Travelling Press Publications Bern 1976),  Groeiprocessen 1967-76 (Kunstinformatie 5 Kunstcentrum Badhuis Gorinchem 1976), Epiphyte project Venuzuela (Kunstpublicatie 2 Kunstcentrum Badhuis Gorinchem 1978).  Buisman heeft ook een kunstenaarsboekje vervaardigd bij zijn prentenkabinet-tentoonstelling in het Haags Gemeentemuseum gehouden in 1975. Het centrale thema is daarbij het 'Bomenproject Nederland 1973-1975':

'Ik startte 14 mei 1973 met het 'Bomenproject Nederland'. Het omvat bomen in Nederland die buiten het normale groeipatroon veranderingen hebben ondergaan, hetzij onder menselijke, hetzij onder natuurlijke invloed. De bomen worden gefotografeerd en daarbij een beschrijving gevoegd. Ik heb mij bij deze realisatie een aantal beperingen opgelegd:

1. het project zal in eenperiode van twee jaar tot stand komen; het stopt dus op 14 mei 1975.
2. naar de vergroeiingen zal niet gezocht worden, ze moeten me op toevallige tochten in het oog springen. Wellicht zullen enige bomen uit mijn 'Bomenproject Woudrichem 1971' opgenomen worden.
3. van de gesignaleerde plastische abnormaliteiten wordt steeds de meest extreme van de boomsoort opgenomen; een eerder gevonden boom kan dus vervallen, na het vinden van duidelijker voorbeeld'.


Sjoerd Buisman (fragmenten uit: Groeiprocessen 1967-1976)
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...