Posts tonen met het label Brummense Uitgeverij van Luxe Werkjes. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Brummense Uitgeverij van Luxe Werkjes. Alle posts tonen

Maarten Beks en de spiegelingen van kunstenaars

Maarten Beks was vooral kunstliefhebber. Hij was, naast beeldend kunstenaar, tevens cultuurfilosoof, jurist, dichter, prozaïst, essayist, galeriehouder, vertaler en kunstcriticus. Hij schreef o.a. voor het tijdschrift Kunstbeeld. Bovendien schreef hij boeken over Leonardo da Vinci, Jeroen Bosch, Vincent van Gogh en Edouard Manet en nog veel meer. Beks schreef vele inleidingen in catalogi van tentoonstellingen. Ook heeft hij medewerking verleend aan de tentoonstelling Art Information Festival 1975. Hij heeft de inleiding in de betreffende catalogus geschreven: 'kunstkritiek en conceptuele kunst'. Pas in het begin van de jaren zeventig begon Beks met tekenen. Veel tekeningen zijn opgenomen in de collectie van het CODA Museum. Het is met name zijn niet aflatende bewondering voor Goethe, die de kunstenaar in zijn tekeningen uitleeft, zoals in het kunstenaarsboek Gesprekken met Goethe tijdens diens reis naar Italië. Verslag van een sentimentele bedevaart (Brummense Uitgeverij van Luxe Werkjes, 1979, oplage 61 ges.). Zijn andere interesses leiden vanaf dan nog slechts een parallel-bestaan en vinden hun weerslag in het schrijven van artikelen, essays en boeken.

Beks heeft aan onderstaande kunstenaarsboeken bijgedragen die vervaardigd zijn door Koos van Tol en die zijn uitgegeven door de Stichting Ravenberg Pers in Oosterbeek. Beks was er een van de stichters van, samen met Yves Huon de Kermadec en Koos van Tol.

* Een gids voor Bibliopolis (1978 oplage 100)
* Poème Discontinu. Gebroken gedicht (gedichten van Pierre Borgue en tekeningen van Beks, 1979 oplage 335/50 gen./ges.)
* Een hol in de zon/A cave in the sun (gedichten van Emmy Crebolder en tekeningen/illustraties van Koos van Tol en Beks, 1979 oplage 250/50 gen./ges.)
* Flora en Fauna (prozagedichten van Francis Ponger 1980 oplage 60 gen./ges.)


Omslag Taal Beeld Taal
Bijdrage Ulay, Taal Beeld Taal
Beks heeft verder een prachtige en boeiende serie kunstenaarsboeken mede samengesteld voor de Uitgever Brummen: Broeks Bureau Voor Luxe Werkjes in Beuningen (1975-1976 oplage 150 gen.): Transit (No. 1 'Taal Beeld Taal / Langage Image Langage / Sprache Image Sprache / Language Image Language'; No. 2 'Mirror / Spiegel / Miroir'; No. 3 'Transit, Translation, Transformation'). De andere samenstellers zijn: Pierre Borgue, Nathalie Bouvy, Hans Brand, Jan Brand, Geurt van Dijk, Urias Nooteboom, Wim Scheepens en Hans Witte.
In de serie "Transit" zijn (originele) bijdragen op het gebied van conceptuele kunst en visuele poëzie met een international karakter opgenomen van: Raymond Abellio, Gilberte Aigrisse, Woody van Amen, Armando, John Baldessari, Anna Banana, J.J. Beljon, Ben, Peter van Beveren, Christian Boltanski, Pierre Borgue, Jan Brand, Ian Breakwell, Ulisses Carion, Luciano Castelli, Cavellini, Pierre Dhainaut, Geurt van Dijk, Peter v.d. Feltz, Leonor Fini, Ad Gerritsen, Michael Gibbs, Paul Grégoire, J.Pierre Jossua, J. Klauke, Kurt Kren, Richard Lond, Serge Lutens, André Miguel, Natalia LL, Luigio Ontani, Hans Pieko, Arnulf Rainer, Henri Raynal, Gerard Reve, Ben Sleeuwenhoek, Ulay, Timm Ulrichs, Stefan Verwey, herman de vries, etc.

John Liggins heeft zelfs als bijdrage een kunstenaarsboekje toegevoegd: Exchanging Languages.


Maarten Beks en H. Witte transister (bijdrage Spiegel)
In 'Mirror / Spiegel / Miroir' hebben de kunstenaars werken opgenomen die geïnspireerd zijn op de spiegel. Het boek begint met 'Es ergo sum' van Beks en gaat over de spiegel en het surrealisme aan de hand van beschrijvingen van Claude Roger-Marx en Nicolas Calas (resp. anti-narcisme en contra-narcisme). Uiteindelijk 'onbruikbaar' als inleiding. Beks: "Uit het bovenstaande is een korte, beredeneerde katalogus van alles wat tijdens de voorbereiding van dit spiegel-nummer binnen Transit-redactie ter sprake is geweest. Toen deze besprekingen waren afgesloten kwamen we tot de slotsom dat ons opgravingswerk kan worden samengevat in een 'titre prélimitaire', maar nog lang niet in een inleiding".

Woody van Amen spiegelschrift (bijdrage met spiegeltje in Spiegel)

Ad Gerritsen prisoner of myself (bijdrage in dichte enveloppen in Spiegel)
Ulay Bergen aan Zee 1973 (bijdrage in Spiegel)
Niet alle bijdragen zijn origineel. Arnulf Rainer en Christian Boltanski bijvoorbeeld hebben bestaand werk ingezonden. 'L 'album photographique de Christian Boltanski: 1948-1956' is al in 1972 gemaakt. De polaroidfoto's 'Man-Vrouw' van Ulay zijn in 1974 in Galerie Seriaal tentoongesteld. Een van de Porträt van Rainer was ook tentoongesteld op de Art Information Festival Middelburg in 1975 en opgenomen in de catalogus van Peter van Beveren. Daarentegen zijn de bijdragen 'Es ergo sum' (in facsimile), 'small mirror talk' en 'Transister' van Beks wel origineel. Andere originele bijdragen zijn o.a. van Karin Beks (de dochter van Maarten), Piere Borgue, Elma Beks (de vrouw van Beks), Mott Yeckup, Geurt van Dijk, Michael Gibbs, Clareboudt, Jaap Wieseman, Nes Krid, Ben Sleeuwenhoek, Ad Gerritsen, Raul Marroquin, Timm Ulrichs, Peter van Beveren, Woody van Amen, Johan van Geluwe, Ad Merx, Jan Brand/Z. Huisman en David Parsons.


Natalia LL post-consumer art
(bijdrage Spiegel)
Een interessante bijdrage is die van de Poolse kunstenares Natalia LL (Natalia Lach-Lachowicz): 'post-consumer art'. Het bestaat uit een reeks foto's met een statement over 'post-consumer art'. In de jaren ‘70 domineerde het 'fotomedializm' in Polen. De stroming onderzocht de mogelijkheden van fotografie in relatie met andere vormen van kunst zoals performance. Een belangrijke groep op gebied van fotomedializm was de groep ‘Permafo’ (1970-1980). Tot deze groep behoorden Dlubak, Andrzej en Natalia Lach-Lachowicz. Deze groep was voornamelijk bezig met het begrip van kunst en legde het accent op 'kunst zonder grenzen'. De belangrijkste kunstenaar van deze groep was Natalia LL. Haar installaties uit de jaren zestig en zeventig kan beschreven worden als pop-art met een sterk erotisch, bijna pornografische sfeer. Ze maakte gebruik van schilderkunst, fotografie en grafiek. In haar sterk erotische werk 'Sztuka konsumpcyjna' probeerde ze de onbereikbaarheid van het westerse niveau van leven uit te beelden. In de jaren ‘70 maakte Lachowicz veel gebruik van het onderwerp feminisme. In de jaren ‘80 stond veel van haar werk in het teken van religie (bron: Paulina Szatanska 2004). In 1978 en 1979 heeft zij in De Appel Amsterdam deel genomen aan de tentoonstellingen 'Feministische Kunst International' en 'Works and Words'.

Reindeer Werk



Reindeer Werk
(omslag en fragmenten uit: Behavioural Art 1976 pagina's zijn ingesneden)
In de eerste jaren na zijn studietijd, van 1972 tot 1980, vormt de beeldhouwer Thom Puckey samen met de kunstenaar Dirk Larsen het performance-duo Reindeer Werk. Vanwege de democratiserende eigenschappen is de performance in zekere zin dé experimentele kunstvorm van de jaren zestig en zeventig mede vanwege haar democratiserende eigenschappen. Het is, volgens de kunstenaars, kunst voor iedereen. En ook in overdrachtelijke zin wordt de performance ingezet om de afstand tussen kunstwerk en publiek te verkleinen; het kunstwerk is geen afbeelding meer van de realiteit maar écht omdat kunstwerk en beleving samenvallen. Thom Puckey is door beide strevens aangedaan (bron: monshouwereditions.nl). Reindeer Werk gaven een artistieke invulling aan het gedrag van toeschouwers/deelnemers. Deze activiteiten noemden ze aanvankelijk 'Behaviour Workshops' en later vanaf 1978 (De Appel Amsterdam) 'Predictions'. Actieve deelname van publiek was hierin een vereiste.

Gedurende vijf achtereenvolgende dagen en nachten van 31 oktober 1978 - 4 november 1978, verbleef het kunstenaarsduo Reindeer Werk (Dirk Larsen & Tom Puckey) in De Appel. De ruimte was doorlopend geopend en bezoekers konden - wanneer zij hun reservering hadden doorgebeld - blijven slapen. Er waren louter basisbenodigdheden aanwezig: vijftien stretchbedden, voedsel (brood en gerst), een tafel, een platenspeler, enz. Iedere dag werd een performance gehouden, ontstaan door het samenzijn met de gasten. Naar aanleiding hiervan is een publicatie verschenen: A prediction; 5 days & nights at De Appel (Amsterdam 1978) die als kunstenaarsboek kan worden beschouwd.


Reindeer Werk (omslag en fragment A prediction; 5 days & nights at De Appel

Reindeer Werk performance 15 maart 1978
kaartje Agora Studio Maastricht

'Look don't see, touch but don't feel,
and there are no "problems"
De grote belangstelling in de jaren zeventig voor alle mogelijke middelen waarmee geestverruiming bereikt kon worden, vond bij Reindeer Werk onder andere haar neerslag in hun interessen voor alchemie. Het begrip transformatie, dat hierin een belangrijke rol speelt, nam een centrale plaats in hun performances in. Zij definieerden dit begrip als het veranderen van negatieve in positieve waarden en beschouwden energietransformatie als een proces van geestelijke bewustwoording (bron: Vrij Spel 1993). Ze dalen steeds dieper af in zichzelf, tot in een trance waarin de motorische controle over hun lichamen ophoudt. Met schokkende bewegingen, ongecoördineerde klanken, zichzelf wrijvend en krabbend, lijken ze te verdwijnen uit de alledaagse werkelijkheid om als orakels contact te krijgen met een andere werkelijkheid. Ze trekken hun publiek mee in een psychose die lijkt te willen aantonen dat we elk moment uit een keur van werkelijkheden kunnen kiezen (bron: J. Brand en L. Wijers 1978). In 1981 hield Reindeer Werk op te bestaan.

De kunstenaarsboeken zijn:
This way round dr.n.krid. m.yecc (eigen publicatie, drukwerk in omslag van krantepapier 1976)
Middelburg 21 februari 1976, plein voor het stadhuis (eigen publicatie 1976)
Statement Re: Living Workshop, Innsbruck (eigen publicatie 1976)
Behavioural Art (Remont Gallery Warszawa 1976)
Soft eggs dread (Brummense uitgeverij Beuningen 1976 oplage 83)
A prediction; 5 days & nights at De Appel (Amsterdam 1978)
M. Yeck N. Krid at today's place (eigen publicatie 1978)
Heute vandaag. Wichmond-Innsbruck-Hamburg (Akademie Beeldende Kunsten Enschede 1979)
The many faces of modern art (eigen publicatie 1979)
The prediction (eigen publicatie Amsterdam 1980)
Heute vandaag 2 (eigen publicatie Amsterdam en Jan van Eyck Academie, Maastricht 1980)
The second Construction of the Arbliquelia (Kunstakadademie Düsseldorf 1981 oplage 500 gen./ges)
Plan for "TheReindeer" Performance at the Round House (Brummense uitgeverij leporello z.d.)

 
Solo Thom Puckey, Plein voor het stadshuis Middelburg in 1976
('I was invited by Peter van Beveren, who then ran a small art centre
in Middelburg, to do a performance in the main square of the city.
It was announced in the newspapers as a 'Speech on Behaviouralism'.
This ensured that many people were present for the work').

Ulay maakte zichzelf tot onderwerp


Ulay uitnodiging: 'namen, uiterlijkheden, personenruil' 1975
De Duitser Ulay, pseudoniem van Uwe F. Laysiepen, verzorgt in de jaren zeventig performances, vaak zonder publiek en vastgelegd met een polaroidcamera. In 1968 ging Ulay weg uit Duitsland, een voor hem onverdraagzame, vermaterialiseerde samenleving. Hij zocht zijn heil in Amsterdam en maakte zichzelf tot onderwerp. Dit leverde vaak schokkende en obscure beelden op. Centraal staan thema's als identiteit en vervreemding, waaraan hij onder meer vormgeeft door gedaanteveranderingen van zichzelf tot vrouw te fotograferen. Zijn compromisloze en vaak controversiële werk, zoals de fotoregistraties van het operatief verwijderen van een stukje huid uit de onderarm, sluit aan bij dat van Abramovic, met wie hij tussen 1976 en 1988 leeft en werkt. Ook in deze periode vervaardigt hij fotowerken. Ulay: 'Fotografie bevriest een moment in minder dan een 10e deel van een seconde en laat ons dus zien wat we niet kunnen waarnemen. Ik beschouw fotografie als een geweldig aanvullend instrument voor onze visuele waarneming'. Op de vraag aan welke van de beide artistieke vormen, performance of fotografie, hij de voorkeur geeft, antwoordde hij ooit: 'Performance is het leven zelf, fotografie is mijn waarneming van dit leven. Met andere woorden, performance is primaire werkelijkheid, en fotografie is het als werkelijkheid gepresenteerde of zichtbaar gemaakte primaire leven'.

Ulay 'man-vrouw' (bijdrage Transit: 'Mirror / Spiegel / Miroir' 1975-76;
tentoongesteld in Seriaal Amsterdam 1974)
In de periode rond 1974 deed Ulay onderzoek naar de mannelijke en vrouwelijke identiteit door geslachtsverwisseling in de travestie. Hij leefde in een pand dat uitgegroeid was tot een belangrijk ontmoetingscentrum voor travestieten in Amsterdam. De foto's, in dit geval polaroidfoto's die hij in de beslotenheid van deze wereld maakte, hadden een zeer intiem karakter. De reacties op zijn tentoonstelling in Galerie Seriaal Amsterdam waren onbarmhartig. Ulay besloot dat hij in de nabije toekomst geen tentoonstelling meer wilde maken in het commerciële kunstcircuit. Hij kon de kwetsbaarheid en intimiteit die in zijn foto's gelegd waren, niet blootstellen aan de genadeloosheid van de professionele blikken van een kunstminnend publiek (uit: De Appel van Marga van Mechelen 2006).

Een accent op zelfverwezenlijking van het individu is een vorm van performance kunst en wordt ook wel Body Art genoemd. Er wordt onderzoek gedaan naar 'identiteit' en naar de externe factoren die daar invloed op uitoefenen. Men streeft naar vrijheid, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit na door het uitspelen van innerlijke conflicten en trauma's, door zelf- en relatieonderzoek en door het doorbreken van lichamelijke taboes. Belangrijke thema's zijn dan ook seksualiteit, lichamelijkheid, angst, eenzaamheid, pijn en schaamte. Vooral androgynie, bi- en transseksualiteit en travestie blijken in belangrijke mate onderzoek naar identiteit mogelijk te maken; werk in deze sfeer wordt wel met transformation art aangeduid. Zie ook de kunstenaars Urs Lüthi en Wally Stevens. In de jaren zeventig werkte Ulay wel samen met Lüthi, bijvoorbeeld in De Appel Amsterdam: Keine Möglichkeit 2 Platzwunden (1975). Ook de Duitser Jürgen Klauke, de Zwitser Luciano Castelli en de Italiaan Luigi Ontani horen in dit rijtje thuis.

In 1975 was in Galerie 't Venster in Rotterdam een performance van Ulay getiteld 'namen, uiterlijkheden, personenruil'. De polaroids van deze performance werden vervolgens tentoongesteld. Een gedeelte van deze polaroids zijn uitgegeven: Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus (zes ansichtkaarten van polaroid's, Brummense uitgeverij van luxe werkjes 1975). Deze uitgave was ook onderdeel van de Transit publicatie van Maarten Beks: Taal, Beeld, Taal.
Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus
Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus

Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus

Lichaam en gelaat staat centraal: John Liggins


John Liggins (We three) 1978
(Bijdrage uit: 'Beelden van eigen werkelijkheid' Apeldoorn 1979)




John Liggins (elemental actions, in-out productions 1974)
'Het thema van mijn werk is het vastleggen van gevoelens en gevoelssituaties die, hoewel ik alleen zelf als model optreed, algemeen menselijk zijn. Het is niet zo dat ik mij identificeer met het werk zelf; meer word ik getuige van wat mij overkomt. De fotografie geeft mij de mogelijkheid om de emotionele lading van zulke vergankelijke situaties te konkretiseren. De foto's bestaan uit een afbeelding van mijn LICHAAM, soms een gedeelte ervan. Voor het merendeel gebruik ik geen voorwerpen of objecten. Het gaat niet om het oproepen van associaties binnen een bepaalde omgeving of ten opzichte van een bepaald objekt, maar om een situatie waarin de emotionele spanning en uitdrukkingskracht van het LICHAAM of het GELAAT centraal staat' (uit: Beelden van de eigen werkelijkheid Apeldoorn 1979).




John Liggins
(omslag en fragementen uit: Exchanging languages)

Kunstenaarsboeken van John Liggins zijn:

- Centrefold (prickdrawing) (In-Out Productions Amsterdam 1973 oplage 10 gen. ges.)

Errors (In-Out Productions Amsterdam 1973 (oplage 10 gen. ges.)

- 1 to 10 (Amsterdam 1973)

- Some types of grass (John Liggins Printing Inc. Amsterdam 1974 oplage 17 gen. ges.)

- Elemental Actions (uitgave gelijknamige expositie, In-Out Productions Amsterdam 1974)

- Elemental Actions (John Liggins Printing Inc. Amsterdam 1974 oplage 300 gen. ges)

- Groepen (John Liggins Printing Inc. Amsterdam 1975 oplage 30 gen. ges.)

- Exchanging Languages (Brummense uitgeverij van luxe werkjes Brummen 1975 oplage 250 gen. ges., nummers 1-200 was onderdeel van de Transit publicatie van Maarten Beks: "Translation")

In het kunstenaarsboek 'Groepen' zijn vijftien woorden genoteerd (één centraal per bladzijde) die te maken hebben met 'groepen': werkende jongeren, gastarbeiders, kostwinners, burgers, homofielen, bewoners, vreemdelingen, arbeiders, mensen, echtgeno(o)t(e), bejaarden, jeugd, communisten, werknemers en rijksgenoten.

het individu wordt verdrongen door
de groep...

samengaan is een middel om
anders te blijven...

bestempelen sluit het overige uit...

(John Liggins uit: Groepen 1975)


John Liggins (omslag: Groepen)

 John Liggins (fragment uit: Groepen)


 Bijdrage: Art Information Festival Middelburg 1975

Ad Gerritsen



Ad Gerritsen (fragmenten uit: Isolatie)
De ontwikkeling van Ad Gerritsen tot beeldend kunstenaar vond plaats in de jaren zeventig, een periode waarin het figuratieve schilderen weer terrein won, veelal door toedoen van Duitse Avant-gardisten, de zogenaamde ‘Nieuwe Wilden’. Vaak neemt hij als uitgangspunt een oude of recente foto uit de krant of uit een oud politiedossier, of hij gebruikt een afbeelding van heiligenbeelden, pornosterren, criminelen, naturisten, popsterren. Beelden van negatieve en positieve waarden, het normale en het abnormale, het aangepaste en het onaangepaste.






Ad Gerritsen
(omslag en fragmenten uit: Criminals)

Via zijn werk in een psychiatrische inrichting, begin van de zeventiger jaren, kwam hij in aanraking met misdadigers. Hij maakte studies van hun gezichten. Niet alleen hun, volgens de buitenwereld, buitensporige gedrag interesseerde hem, maar ook het menselijke aspect daarvan. De emoties die hij in beelden vertaalt lijken te beantwoorden aan patronen en normen die de maatschappij oplegt. Het spontane karakter van de ontroering wordt gekanaliseerd en gemanipuleerd. Hierdoor kun je bij Gerritsen niet spreken van een portret in de letterlijke zin van het woord. De gelaatstrekken van een persoon worden niet verbeeld met het oog op een treffende gelijkenis, maar eerder vanwege de algemene kenmerken van een bepaalde gemoedstoestand of een te verwachten gedragspatroon. Gerritsen is altijd maatschappelijk bezig. Hij kijkt in verwondering naar de dave rende dingen dezer dagen en reageert vervolgens op de idiotie die hij erin terugziet. Zijn kritische en messcherpe blik signaleert die verdwaasdheden zonder mankeren (Ad Gerritsen - De grote verwondering en SBK Breda). Dit alles wordt prachtig vastgelegd in Gerritsen zijn eerste kunstenaarsboek 'Criminals' (Exp/press Utrecht 1972). Dit boek is door Gerritsen handmatig bewerkt en ingekleurd. Hierin wordt zelfs een verslag gedaan van een persbericht uit 'Het Leven' van een moordgeval in in Veendam in 1923.




 Ad Gerritsen (fragmenten uit:
De mogelijkheden van objectiviteit

Ad Gerritsen heeft als onderwerp voor zijn boekwerken de registratie- en identificatiesystemen die op criminelen worden toegepast. Zijn kunst heeft alles te maken met omschrijven en rangschikken, met dossiers en archieven. Gerritsen heeft als logische consequentie zijn werk in 't boek vorm gegeven. Dit laatste is het belangrijkste kwaliteitscriterium bij het maken van een kunstwerk: een idee weergeven in een vorm die geen andere kan zijn zonder dat daarmee het idee tekort kan worden gedaan (uit: kunstenaarsboeken: twaalf benaderingen Museum Waterland 1981). 

Het rangschikken komt duidelijk tot uiting in het kunstenaarsboek De mogelijkheden van objectiviteit (Arnhem 1980).

In het kunstenaarsboek 'The tools of Charles Peace' (Exp/press Utrecht 1973) gaat het over de crimineel Charles Peace (1832-1879) en zijn gebruikte gereedschappen: 'Born in Sheffield. Son of a animal trainer. 'Portico thief'. 'cat burglar'. The tools, including a collapsible ladder and a false arm, used by the burglar and murderer'.

Ook in het kunstenaarsboek Ad Gerritsen, uitgegeven door Stedelijk Museum Schiedam in 1977 (layout: Hans Gaarenstroom) wordt een aantal keren verwijst naar misdadigers. Bijvoorbeeld een foto van 'a prisoner of myself' uit 1977 en een 'handboek voor gevangenen' uit 1976.

In het kunstenaarsboek Richard Speck case (Arnhem 1978) staan contour tekeningen van acht leerling verpleegkundigen die Richard Speck in 1966 in een verpleegstershuis in Chicago heeft vermoord.

Andere kunstenaarsboeken zijn:

- Een gescreende Marinus van der Lubbe (Sun Nijmegen 1972)
- Gaunerzinken, (eigen beheer Arnhem 1976 oplage 20 gen. ges.)
- Isolatie (Brummen, Uitg. Luxe werkjes 1977 oplage 51)
- Rape (eigen beheer Arnhem 1978)
- St Valentine's day Massacre (Arnhem 1978)
- Ad Gerritsen (eigen beheer ism Studium Generale TH Eindhoven Arnhem 1979)
- Some variations of the pattern (Hengelo 1979)
- De mogelijkheden van objectiviteit (Arnhem 1980)
- Verbeelde kriminelen (eigen beheer ism Sun Nijmegen1980 oplage 50 gen. ges.)



Ad Gerritsen (fragmenten uit:
'The tools of Charles Peace')
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...