Posts tonen met het label fotografie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label fotografie. Alle posts tonen

De extatische sessies van Sanne Sannes

Sanne Sannes (fragment uit: Oog om oog)
De fotograaf Sanne Sannes werd in 1955 als 18-jarige aangenomen aan de Groningse kunstacademie Minerva. Voor het eerst maakte hij daar kennis met de fotografie. Sannes is bekend om zijn erotische portretten uit de jaren zestig. De vrouwen, gefotografeerd in extatische sessies, houden zelden lijf en hoofd stil, waarin zij vaak naakt en op haar meest intieme momenten werd vastgelegd. Hij bracht zijn naakten in silhouet, frontaal of schuin van onder in beeld, altijd in beweging, nooit stil. Van dichtbij legde hij hun gezichten in verlangen, bekoring of extase vast, en fotografeerde hij omhelzingen en verstrengelde lichamen vanuit allerlei hoeken. Deze intimiteit wordt benadrukt door onscherpe en onderbelichtte foto’s die ontstonden doordat Sannes met bestaand licht werkte en altijd uit de hand fotografeerde. Hij maakte grofkorrelige foto’s met veel suggestie van beweging en dynamiek in een ongebruikelijke kadrering met veel close-ups. Hij bekraste de negatieven, maakte doordrukken en dubbeldrukken. Hij vergrootte details zo sterk dat een abstract beeld ontstond. Sannes veroorloofde zich alle denkbare technische trucs om zijn foto's die onweerstaanbare aanlokkelijkheid te geven van de erotische oerfoto van de jaren zestig: een mooi, maar vaag bloot meisje achter een beregend raam, eveneens een bekend beeld uit het werk van Amsterdamse fotograaf Ed van der Elsken.

Het oeuvre is een goed voorbeeld hoe een kunstenaar/fotograaf erin slaagde de elementen zelfexpressie en tijdgeest te combineren. Hij gebruikte de fotografie om een eigen wereld te creëren die vrijwel uitsluitend bevolkt wordt door vrouwen. Het sensuele en erotische karakter van zijn foto’s maakt Sannes tot een typische exponent van de jaren zestig. Zijn foto’s doen niet gedateerd aan, in tegenstelling tot veel andere kunst uit die tijd. Het oeuvre van Sanne Sannes is geen makkelijke navolging van wat ‘in de lucht hing’, geen ‘maniertje’ dat korte tijd effect had, maar getuigt van een consistente visie en een bijna obsessieve relatie met het onderwerp. Zijn werk is door de bewegingsonscherpte en grofkorreligheid meestal impliciet erotisch: het is nooit ‘plat’, maar drukt op subtiele wijze gevoelens van schoonheid en sensualiteit uit. De lange reeksen foto’s die hij maakte, hebben iets obsessiefs en surreëels: zij zijn de uitdrukking van een droomwereld (bron: Rijksmuseum Amsterdam)



Sanne Sannes (Omslag en fragmenten uit: Oog om oog)
In zijn korte leven – hij kwam in 1967 om het leven bij een auto ongeluk – heeft Sannes vele boeken bedacht, ontworpen en aangekondigd. Daarvan zou uiteindelijk alleen Oog om oog daadwerkelijk bij zijn leven verschijnen. Postuum verschenen Sex a Gogo (1969) en The Face of Love (1972), maar die zijn door anderen samengesteld en vormgegeven en dragen dus minder nadrukkelijk het stempel van de fotograaf. In 1964 kwam Oog om oog (De Bezige Bij Amsterdam) uit, waarin zijn foto’s gecombineerd werden met tekst van Hugo Claus (naar gedichten van Macedonios, Asklepiades, Rufinos, Paulus Silentiarius, Meleager, Amarusataka Bhartrhani, Chandidasa, Jinny Whang, Fujiwara no Okikaze, Herrick, Plato en Carlos Drummond de Andrade).

 Wat ik zei daarnet? Vergeet het. Je luistert toch niet
De wind zit in mijn kleren, in mijn liezen

Wat ik vertellen wou, het is geen lachje waard
Blijf bij mij. Oog om oog

Je ruikt zo lekker omdat ik van je hou
Je bent mijn eten en drinken

(fragment: Oog om oog)

Zoals Bhartrhani zegt:

"De maan schaamt zich als zijje gezicht belichgt
Je blik plagt de bloei van de lotus.
Je glazende benen benauwen de rivier
Je haarwrong verwondert de pauw
Je borsten draag je als het everzwijn zijn tanden
Je woelt de aarde om met je ronde billen

Als ik over jou spreek, bazelt mijn ziel"

(fragment: Oog om oog)
Sanne Sannes (fragment uit: Oog om oog)

Het familiealbum van Paul de Nooijer






Paul de Nooijer (omslag en fragmenten uit: Losing one's Photos)
De performer, fotograaf, cineast en ruimtelijk kunstenaar Paul de Nooijer maakt vanaf 1966 geensceneerde zwart-witfotomontages - soms onrealistisch ingekleurd - waarin erotiek een belangrijke rol speelt. Modellen uit familie en vriendenkring plaatst hij in surrealistische, soms humoristische, soms bedreigende situaties. Hij laat de kijker echter altijd duidelijk zien dat het om 'gemonteerde' realiteit gaat. De Nooijer maakt voor deze foto's gebruik van een grove korrel, extreme perspectiefwerking, standpuntwisselingen en soms van een supergroothoeklens. Vanaf eind jaren zeventig ontwikkelt hij zijn fotowerken tot ruimtelijke installaties met een monumentaal karakter, die soms sterk doen denken aan de theatrale trompe l'oeil-effecten uit de Italiaanse renaissance en barok (bron Kunst van nu 1995.

In 1982 verscheen Home Sweet Home (Eindhoven), een compilatie van fotowerken uit de voorafgaande vijftien jaar. Een familie-album als kunstenaarsboek. In dit boek wordt de calligrafische typografie verzorgt door Henrik Barends. Het schuiven met betekenislagen speelt hierin een belangrijke rol. Enerzijds verwijzen de foto's naar de schilderkunstige traditie van zeventiende-eeuwse genrestukken van Jan Steen en Johannes Vermeer. Anderzijds weerspiegelt het privé-leven (zijn vrouw en zoon acteren als creatieve partners) van De Nooijer en de leefstijl van de jaren zeventig. Het kan ook worden gelezen als een parodie op het familiealbum. Tussen de bedrijven door zijn er zelfportretten van De Nooijer in een travestie-act met lippenstift, waarin de idealen uit de jaren zeventig van persoonlijke groei en zelfontplooiing doorklinken. Ook hier is een accent op zelfverwezenlijking van het individu, zoals ook bij de kunstenaars Wally Stevens, Ulay en Urs Lüthi.

Het kunstenaarsboek Losing Ones Head (Eindhoven Aarts 1978) bestaat uit een verzameling ingekleurde zwart-wit foto's en polaroids van absurdistische huiselijke taferelen die blijkens de lijst achterin al waren verkocht aan particulieren en musea. De foto's stonden op afzonderlijke pagina's en waren omgeven door veel wit. Een dergelijke passepartoutachtige presentatie was nieuw binnen het Nederlandse fotoboek. Het ontwerp is uitgevoerd door Henrik Barends. Centraal staat de seksuele spanning tussen man en vrouw, zoals die zich afspeelt op huiskamer niveau.

Paul de Nooijer (één van de drie barietafdrukken uit Losing one's Photos 1981)
In Losing one's Photos (Eindhoven 1981, oplage 750 met 3 verschillende ges. vintage barietafdrukken/250: "please don't lose and damage") gaf De Nooijer en humoristische draai aan de conceptuele strengheid van kunstenaarsboeken uit de jaren zeventig. Het binnendeel bood een overzicht van fotowerken die bij transacties met galeries en fotobladen waren vernield of kwijtgeraakt, waarbij de pagina's slechts lege kaders bevatten. De Nooijer heeft heel vaak moeten meemaken dat zijn foto’s beschadigd raakten. Of spoorloos verdwenen na een tentoonstelling. Daarom ontwierp Henrik Barends in samenwerking met De Nooijer 'Losing one’s photos', met op de zwart omkaderde lege pagina’s alleen de omschrijving van wat er gebeurd was met de foto die er eigenlijk had moeten staan. Hierin komt ook zijn kritisch geworden houding ten opzichte van tijdschriftredacties, galeriehouders en museumdirecteuren tot uitdrukking (bron: reader fotoboek van Rick Suermondt)

Urs Lüthi op zoek naar zichzelf.

omslag: The desert is across the street




fragmenten uit: The desert is across the street
De Zwitserse (performance) kunstenaar Urs Lüthi begon na een schilderperiode in 1969 met fotograferen om zichzelf in beeld te plaatsen. Door zich te presenteren als een zogenaamde tweelingbroer probeerde Lüthi op zoek te gaan naar zijn eigen identiteit. Deze zoektocht was een van zijn belangrijkste doelstellingen. Door representatie van zichzelf probeert hij door alle mogelijke media (schilderen, zeefdruk, fotografie, video, sculptuur en installatie) zijn eigen ik te doorgronden.

Het medium fotografie is - in tegenstelling tot een schilderij - een preciese afdruk van een moment uit het verleden. Echter wordt de waarheidsgehalte in twijfel getrokken: Lüthi biedt verschillende vermommingen, gebaren en gezichtsuitdrukkingen. Belichaamt makkelijk verschillende personages. In tegenstelling tot het kunstenaarsduo Gilbert & George die zichzelf verklaarde als kunstwerk, blijft de echte Lüthi buiten ons bereik.

Een accent op zelfverwezenlijking van het individu is een vorm van performance kunst en wordt ook wel Body Art genoemd. Er wordt onderzoek gedaan naar 'identiteit' en naar de externe factoren die daar invloed op uitoefenen. Men streeft naar vrijheid, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit na door het uitspelen van innerlijke conflicten en trauma's, door zelf- en relatieonderzoek en door het doorbreken van lichamelijke taboes. Belangrijke thema's zijn dan ook seksualiteit, lichamelijkheid, angst, eenzaamheid, pijn en schaamte. Vooral androgynie, bi- en transseksualiteit en travestie blijken in belangrijke mate onderzoek naar identiteit mogelijk te maken; werk in deze sfeer wordt wel met transformation art aangeduid. Zie ook de kunstenaars Wally Stevens en Ulay. In de jaren zeventig werkte Ulay wel samen met Lüthi, bijvoorbeeld in De Appel Amsterdam: Keine Möglichkeit 2 Platzwunden (1975). Ook de Duitser Jürgen Klauke, de Zwitser Luciano Castelli en de Italiaan Luigi Ontani horen in dit rijtje thuis.

In zijn eerste series foto's uit 1970 posseerde hij met zijn vriend en kunstenaar David Weiss. In 1975 hield Lüthi een (foto) tentoonstelling in De Appel: The desert is across the street. Hiervan is een catalogus verschenen met de gelijknamige titel die als kunstenaarsboek kan worden beschouwd (De Appel Amsterdan en Galerie Stähli Zürich 1975). Hierin zijn foto's van Weiss en foto's van Lüthi met zijn vrouw Elke Kilga opgenomen. Het is een realistische weergave van persoonlijke impressies, intieme momenten, met beelden uit hun dagelijkse omgeving. De intimiteit wordt benadrukt door onscherpe en onderbelichtte foto’s. Een boeiend portret.

Wees gewoon jezelf en anders: Wally Stevens

Wally Stevens (Omslag Foto's - Fotografien)

fragment Foto's - Fotografien

fragment Foto's - Fotografien

fragment Foto's - Fotografien
Wally Stevens 1977 De Appel
Wally Stevens wijdt zijn kunstenaarschap al meer dan dertig jaar aan de prangende vraag wat het inhoudt om gewóón jezelf te zijn, gewóón anders te zijn. Rond 1970 begon hij zichzelf in travestie te fotograferen. Toen Willem de Ridder deze zelfportretten in zijn fameuze muziekblad Aloha publiceerde, kreeg zijn kunstenaarschap bekendheid. Wies Smals nodigde hem in 1976 uit voor een fototentoonstelling en performances (Mythomanie I) in De Appel in Amsterdam. Stevens verscheen, gekleed als sadomasochistische "urning" (een man die psychologisch gezien een vrouw is), voor het publiek. Stevens probeerde in 1977 eveneens in De Appel het publiek te manipuleren en zelfs in beweging te brengen door agressieve acties. Gelijktijdig werden een aantal fotowerken getoond. Daarna volgde in 1978 de performance "Het orakel van Amsterdam aanbidt het vraagteken en ik was graag een ballerina I". Naar eigen zeggen wilde hij niet provoceren. Hij wilde ‘gewóón anders’ zijn.

Het publiek echter zag er vooral het gewilde optreden van een excentriekeling in. Daarom stopte hij met deze performances. Er volgde een periode waarin hij portretten van anderen nam. Deze en zijn eigen portretten werden onder meer in 1986 in het Groninger Museum getoond (bron: Erik Hagoort, Metropolis M 2004). Naar aanleiding van deze tentoonstelling is een kunstenaarsboek verschenen: W. Stevens - Foto's - Fotografien (Groninger Museum 1986 oplage 500).

Een accent op zelfverwezenlijking van het individu is een vorm van performance kunst en wordt ook wel Body Art genoemd. Er wordt onderzoek gedaan naar 'identiteit' en naar de externe factoren die daar invloed op uitoefenen. Men streeft naar vrijheid, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit na door het uitspelen van innerlijke conflicten en trauma's, door zelf- en relatieonderzoek en door het doorbreken van lichamelijke taboes. Belangrijke thema's zijn dan ook seksualiteit, lichamelijkheid, angst, eenzaamheid, pijn en schaamte. Vooral androgynie, bi- en transseksualiteit en travestie blijken in belangrijke mate onderzoek naar identiteit mogelijk te maken; werk in deze sfeer wordt wel met transformation art aangeduid. Zie ook de kunstenaars Urs Lüthi en Ulay. In de jaren zeventig werkte Ulay wel samen met Lüthi. Ook de Duitser Jürgen Klauke hoort in dit rijtje thuis.

fragment Foto's - Fotografien
'Het orakel van Amsterdam aanbidt het vraagteken en ik was graag een ballerina' (1978 De Appel)

fragment Foto's - Fotografien

Ulay maakte zichzelf tot onderwerp


Ulay uitnodiging: 'namen, uiterlijkheden, personenruil' 1975
De Duitser Ulay, pseudoniem van Uwe F. Laysiepen, verzorgt in de jaren zeventig performances, vaak zonder publiek en vastgelegd met een polaroidcamera. In 1968 ging Ulay weg uit Duitsland, een voor hem onverdraagzame, vermaterialiseerde samenleving. Hij zocht zijn heil in Amsterdam en maakte zichzelf tot onderwerp. Dit leverde vaak schokkende en obscure beelden op. Centraal staan thema's als identiteit en vervreemding, waaraan hij onder meer vormgeeft door gedaanteveranderingen van zichzelf tot vrouw te fotograferen. Zijn compromisloze en vaak controversiële werk, zoals de fotoregistraties van het operatief verwijderen van een stukje huid uit de onderarm, sluit aan bij dat van Abramovic, met wie hij tussen 1976 en 1988 leeft en werkt. Ook in deze periode vervaardigt hij fotowerken. Ulay: 'Fotografie bevriest een moment in minder dan een 10e deel van een seconde en laat ons dus zien wat we niet kunnen waarnemen. Ik beschouw fotografie als een geweldig aanvullend instrument voor onze visuele waarneming'. Op de vraag aan welke van de beide artistieke vormen, performance of fotografie, hij de voorkeur geeft, antwoordde hij ooit: 'Performance is het leven zelf, fotografie is mijn waarneming van dit leven. Met andere woorden, performance is primaire werkelijkheid, en fotografie is het als werkelijkheid gepresenteerde of zichtbaar gemaakte primaire leven'.

Ulay 'man-vrouw' (bijdrage Transit: 'Mirror / Spiegel / Miroir' 1975-76;
tentoongesteld in Seriaal Amsterdam 1974)
In de periode rond 1974 deed Ulay onderzoek naar de mannelijke en vrouwelijke identiteit door geslachtsverwisseling in de travestie. Hij leefde in een pand dat uitgegroeid was tot een belangrijk ontmoetingscentrum voor travestieten in Amsterdam. De foto's, in dit geval polaroidfoto's die hij in de beslotenheid van deze wereld maakte, hadden een zeer intiem karakter. De reacties op zijn tentoonstelling in Galerie Seriaal Amsterdam waren onbarmhartig. Ulay besloot dat hij in de nabije toekomst geen tentoonstelling meer wilde maken in het commerciële kunstcircuit. Hij kon de kwetsbaarheid en intimiteit die in zijn foto's gelegd waren, niet blootstellen aan de genadeloosheid van de professionele blikken van een kunstminnend publiek (uit: De Appel van Marga van Mechelen 2006).

Een accent op zelfverwezenlijking van het individu is een vorm van performance kunst en wordt ook wel Body Art genoemd. Er wordt onderzoek gedaan naar 'identiteit' en naar de externe factoren die daar invloed op uitoefenen. Men streeft naar vrijheid, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit na door het uitspelen van innerlijke conflicten en trauma's, door zelf- en relatieonderzoek en door het doorbreken van lichamelijke taboes. Belangrijke thema's zijn dan ook seksualiteit, lichamelijkheid, angst, eenzaamheid, pijn en schaamte. Vooral androgynie, bi- en transseksualiteit en travestie blijken in belangrijke mate onderzoek naar identiteit mogelijk te maken; werk in deze sfeer wordt wel met transformation art aangeduid. Zie ook de kunstenaars Urs Lüthi en Wally Stevens. In de jaren zeventig werkte Ulay wel samen met Lüthi, bijvoorbeeld in De Appel Amsterdam: Keine Möglichkeit 2 Platzwunden (1975). Ook de Duitser Jürgen Klauke, de Zwitser Luciano Castelli en de Italiaan Luigi Ontani horen in dit rijtje thuis.

In 1975 was in Galerie 't Venster in Rotterdam een performance van Ulay getiteld 'namen, uiterlijkheden, personenruil'. De polaroids van deze performance werden vervolgens tentoongesteld. Een gedeelte van deze polaroids zijn uitgegeven: Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus (zes ansichtkaarten van polaroid's, Brummense uitgeverij van luxe werkjes 1975). Deze uitgave was ook onderdeel van de Transit publicatie van Maarten Beks: Taal, Beeld, Taal.
Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus
Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus

Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus

Duane Michals




Duane Michals (fragmenten uit: Photographs with written text)
Duane Michals pionierde in de jaren zestig met (geënsceneerde) fotoreeksen waarin hij korte verhalen vertelt over de menselijke kanten van het leven: liefde en dromen maar ook angsten en teleurstelling. Kenmerkend was dat hij sinds 1974 bij zijn fotoreeksen korte, handgeschreven teksten plaatste, zoals in het kunstenaarsboek Photographs with written text (Municipal Van Reekummuseum of Modern Art Apeldoorn 1980). De tekst werd een integraal onderdeel van zijn werk. Michals eigen familie en een paar bijzondere zelfportretten zijn afgebeeld. De foto's en de teksten zijn aan elkaar gelijkwaardig. De tekst fungeert niet als onderschrijft of verklaring van de foto, en de foto dient niet om de tekst te verduidelijken. Een principe dat ook voortkomt in narrative art. Zijn foto's moeten dus letterlijk "gelezen" worden zowel plastisch als literair.

Michals is het tegenovergestelde van een verslaggever. Hij legt niet onbeproefd de aanwezige realiteit vast, maar ensceneert korte, poëtische of frapperende gebeurtenissen, die hij als reeksen fotografeert. Filmstroken waarvan de beelden los onder elkaar gelijkwaardig zijn, zodat hun verloop vaak van zowel van voor naar achter als van achter naar voor bekeken kan worden (uit :catalogus Art Information Festival 1975).

Michals verzette zich met zijn onderwerpkeuze, werkwijze en presentatievorm tegen de toen dominante fotografie van het ‘beslissende moment’. Hij liet zien dat fotografie, behalve een uniek moment in de werkelijkheid vastleggen, nog veel meer kan, zoals verhalen vertellen en de innerlijke kanten van het menselijke bestaan verbeelden. 'Als je naar mijn foto’s kijkt, kijk je naar mijn gedachten', is een treffende uitspraak van hem die hij in zijn werk altijd trouw is gebleven (bron: nederlandsfotomuseum.nl).

Eerste en laatste foto uit de serie "Herwonnen Paradijs" 1968.
bijdrage: Art Information Festival Middelburg 1975

De horizon van Ger Dekkers



uit: New Dutch Landscape

Het werk van fotograaf Ger Dekkers kenmerkt zich door pure beelden en een scherp oog voor detail in het landschap. Door zijn abstracte interpretatie brengt Ger Dekkers met zijn foto's van het gekantelde landschap een balans in vorm en contravorm.

Kunstenaarsboeken:

- Wood near Krabbedijke Z, Art Animation Groningen 1973
- Plantation near Biddinghuizen. Landscape perception. Stedelijk Museum Amsterdam, cat. nr. 558 1974
- Diario no. 1, Año 1, 3a edicion, septembre 1975 Guy Schraenen 1975
- planned landscapes 25 horizons Andreas Landshoff Produktions B.V. 1977
- New Dutch Landscape Stadtische Galerie Nordhorn 1981

'Mijn eigenlijke onderwerp is de beïnvloeding van het landschap door onze kultur. Het Nederlandse landschap is met zijn inpolderingen daar een treffend voorbeeld van. Ik probeer met gebruikmaking van het medium fotografie een beeld te geven van onze veranderde omgeving en van sporen van ons bewegen en bezig-zijn. Ik realiseer mij dat mijn werk een persoonlijke uiting is waarin ik zelf een faktor ben. Mijn belangrijke handeling, het vastleggen van een aangetroffen situatie, ervaar ik zelf als een ingreep óp die situatie. Mijn bemoeienis met het onderwerp en de vindplaats gaat niet verder dan het, emotioneel, kiezen van kamerastandpunten en -instellingen en later het maken van een keuze uit het opgenomen materiaal en het verzorgen van een korrecte uitvoering. De horizon bepaalt bij mijn series de middellijn van de vierkante beelden, waardoor in de series en dus in het gehele project één doorlopende lijn ontstaat. Het medium waarvan ik mij bedien is een volgende faktor. Slechts een aantal mogelijkheden van de fotografische techniek zijn voor mij het onherroepelijke, de onvermijdelijkheden van de fotografie spreken mij aan. Aan dit alles, maar vooral hoop ik aan de inhoud, ontleent mijn werk een zekere geldigheid' (uit: New Dutsch Landscape).
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...