Omslag: Fall |
Men moet zich voorstellen in het donker te zitten, terwijl zwarte film loopt. Plotseling wordt het beeld helder en men ziet iemand van het dak vallen. Daarna volgt weer zwarte film en wanneer die voor de tweede keer helder wordt, valt iemand met zijn fiets in de gracht. Er is geen camerabeweging en er is niets in beeld dat van de gebeurtenis zou kunnen afleiden. Daardoor maakt elke verandering binnen het kader diepe indruk. In beide filmpjes lijkt het de persoon eerst goed te gaan, maar dan verliest hij zijn evenwicht of de controle over zichzelf. De toeschouwer blijft verschrikt en verwonderd achter. In het Van Garrel-interview verklaarde Ader de fiets te hebben gebruikt om het geheel een natuurlijk aanzien te geven. Deze redenering gaat niet op voor de stoel in de eerste 'val'. Zitten op een stoel boven op een dak lijkt geen vanzelfsprekende natuurlijke situatie. De stoel en de fiets geven die valfilmpjes het humoristische effect, als verslag van twee komische ongelukjes.
Het karakter van deze twee valwerken is exemplarisch van Aders ideaal van een concreet kunstwerk zonder verwijzigingen. 'Fall' is kunst met een streng conceptueel karakter. Anders dan bij veel conceptuele kunst is het bij Ader geen registratie van een gewone gebeurtenis uit de werkelijkheid, maar een geconstrueerd werk. De 'val' moet als metafoor worden gezien, al heeft Ader er zich nooit expliciet over uitgelaten wat de 'val' symboliseert. Toen hem bij een expositie gevraagd werd in de catalogus toe te lichten waarom hij valt, liet hij als antwoord afdrukken: 'Omdat de zwaartekracht zich meester van mij maakt'. In een interview met Betty van Garrel eind 1971 liet Ader weten, dat de val de mislukking vertegenwoordigde en samenhing met zijn fascinatie voor tragiek. Dit is het meest eenvoudige verklaring voor de achtergrond van het werk. Het vallen is het falen. De 'val' belichaamt het verlies van controle en is een metafoor voor het falen van de mens die orde wil scheppen in de chaos (bron: Paul Andriesse, Openbaar Kunstbezit 1988).
De zwaartekracht is onherroepelijk en herinnert de mens er fijntjes aan dat hij een nietig schepsel is in de greep van krachten die hem voortdurend bedreigen. De mens faalt, omdat hij uiteindelijk machteloos staat tegenover de wereld. En toch is daar niet alles mee gezegd. 'Het lichaam van de kunstenaar als zwaartekracht, maakt zich tot meester van zichzelf,' schreef Ader als motto van zijn valfilms. Het vallen is geen willoze overlevering aan natuurwetten, maar juist een overgave aan die wetten. Ader valt niet, maar laat zich vallen. Door zich niet tegen de wet van de zwaartekracht te verzetten, maar door haar te bevestigen maakt Ader zichzelf meester van die wet: Aders lichaam en de wet worden één, zolang de val duurt althans. Dat de mens voortdurend faalt is niet de slotsom van het bestaan: falen is een activiteit die Ader nastreeft om zo een omkering van de ondergang teweeg te brengen, een ogenblik waarin de machteloosheid is opgeheven. Telkens weer zoekt Ader dat moment door steeds opnieuw te falen, alsof hij de woorden van Samuel Beckett ter harte heeft genomen: 'Try again. Fail again. Fail better' (bron: Ivo Slangen Filosofie.nl 2006).
Speciale dank gaat uit naar Antiquariaat André Swertz in Utrecht voor het beschikbaar stellen van het kunstenaarsboek Fall.
Fragmenten uit: Fall I (5 van de 11 stills) |
Fragmenten uit: Fall II (5 van de 11 stills) |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten